Het Ethisch Beraad van de Stichting Werkgroep Herkenning heeft de hoofdlijnen besproken van het advies dat later dit jaar zal worden uitgebracht aan het Nationaal Archief en de Rijksarchivaris over de begeleidende maatregelen rond het opengaan van het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR).
De vraag òf het archief zal worden openbaar gemaakt is niet aan de orde omdat de wetgeving daarvoor geen ruimte biedt. De vraag hoe dat zal gebeuren staat nog ter discussie en daarover mag het Ethisch Beraad, waar de SWH met drie personen in vertegenwoordigd is, adviseren. In het Ethisch Beraad zijn ook andere belanghebbenden vertegenwoordigd, zoals het Joods Maatschappelijk Werk, Verzetsorganisaties naast de Stichting Herkenning.
Het CABR is niet alleen openbaar per 01-01-2025, maar gedeeltelijk gedigitaliseerd en vanaf begin 2025 zal met dat deel een voorzichtige proefneming worden gedaan met online beschikbaarheid. De verwachting is dat dit proces van online plaatsen voltooid zal zijn in 2027. Tot nu toe is dat niet eerder gebeurd, ook niet bij het NBI-archief (Nederlandse Beheersinstituut) dat gaat over de (financiële) afwikkeling van de bezittingen van de veroordeelden in de Bijzondere rechtspleging. Het is dus een unieke stap waarin 30 miljoen pagina’s en 400.000 dossiers (personen) zonder selectie op internet zullen verschijnen en voor iedereen vanuit de huiskamer ingezien kunnen worden. Dat dit een gevoelige materie is wordt door het NA heel goed aangevoeld en daarom is er ook een proces gestart om na te gaan hoe dit het beste kan worden ingericht. Het Ethisch Beraad is in het leven geroepen om dit proces te begeleiden.
Goede begeleiding van de openbaarmaking van dit archief door een Ethisch Beraad is ook van het grootste belang omdat van de 400.000 verdachten maar 60.000 voor de rechter zijn gekomen en een nog kleiner aantal is veroordeeld. De digitalisering van dit enorme archief is nodig omdat het in deze vorm, met 30 miljoen pagina’s archief niet doorzoekbaar is en niet te doorgronden. Wij van Herkenning hebben er het grootste belang bij dat dit onderzoek alsnog plaatsvindt omdat enorme aantallen mensen die als ‘fout’ zijn bestempeld, zonder proces, rechteloos, geïnterneerd zijn geweest in kampen, waar wraak geen uitzondering maar regel was, terwijl later bleek dat velen van hen onschuldig waren. Digitalisering maakt dit onderzoek naar de schendingen van de rechtstaat pas echt goed mogelijk en daar hebben wij als nabestaanden alle baat bij.
Een andere kwestie is de digitalisering. Om dit enorme openbare archief, dat een goudmijn is voor onderzoekers naar het handelen van de overheid in en na de oorlog, maar ook voor burgers die op zoek zijn naar ‘waarheid en de feiten’ in de vaak verborgen gehouden familiegeschiedenis.
De digitalisering zal, zo bleek opnieuw in het Ethisch Beraad niet voor 2027 zijn afgerond. De gedigitaliseerde gegevens zullen stapsgewijs online beschikbaar komen en omgeven door duiding en verklaring, zodat de context helder wordt. In elk geval zullen deze gegevens in eerste instantie niet bereikbaar zijn voor zoekmachines zoals Google, maar puur en alleen via de website: https://oorlogvoorderechter.nl/ worden aangeboden. Op den duur wordt dat mogelijk anders, maar hoe? Dat staat nog niet vast.
Het doel van de Stichting Werkgroep Herkenning is het bevorderen van hulpverlening aan hen die in hun persoonlijk en/of maatschappelijk leven moeilijkheden ondervinden, doordat een of beide (groot)ouder(s) aan de kant van de bezetter stond(en) dan wel tot de bezetter behoorde(n) en het bekendheid geven aan de problematiek van deze groepering.